Blij Blad

februari 2021

Begin 2020 bedacht ik me dat ik te veel planten had. Of eigenlijk, te weinig tijd had voor de enkele planten die ik bezat. Daarbij kwam dat niet iedere plant even goed gedijde. Ik besloot een strenge selectie te maken. En zo kwam het dus dat op mijn vensterbank, na de zomer, drie keer zoveel planten stonden. Want zo gaat dat als je leven plots een rare onverwachte wending neemt.


Een van mijn zorgenkindjes was een plant met oranje bolletjes die ik een paar jaar daarvoor had gekregen. De plant kwijnde weg ondanks al mijn inspanningen of misschien kan ik beter zeggen dank zij al mijn goede zorgen. De plant zag er ronduit doods uit met wat kale stengels waar nog een enkel geel en futloos blaadje de laatste adem hing uit te blazen. Het laatste bolletje was in de winter afgevallen, verging en de zaadjes ontkiemden en werden ten slotte iele stengeltjes.
Uiteindelijk kon ik er een paar opkweken die ik wilde delen met mijn naaste omgeving. Ik besloot een beschrijving bij te voegen voor de volledigheid. En zo had ik dan de reddende remedie in mijn handen. Het Oranjeappeltje heeft gewoon in de zomer een skôn plekske nodig in de tuin. Ruimschoots laat, maar toch nog op tijd, zette ik de plant tussen mijn tuinkruiden, overigens zonder enige hoop dat hij de maand, die erop volgde zou overleven. Het duurde even maar het plantje bekwam en tegen het einde van de zomer zag hij er ronduit florissant uit. Sterker nog ik zag nog nooit zo’n blijde plant. Fris in het nieuwe blad, met nieuw gevormde vruchtjes. Tegen de herfst stond hij weer op zijn gewone plek op de vensterbank. Andermaal verbaasde hij me door voortvarend en enthousiast zijn takken, bladeren en vruchten te laten groeien. De hele winter heeft de plant nog dolgelukkig staan wezen, nagenietend van een mooie zomer in de buitenlucht. Probeer me niet wijs te maken dat planten geen emotie kennen! Nog even en hij mag weer fijn naar buiten, tussen de kruiden, op hetzelfde skôn plekske als vorige zomer.